Park op Rieteiland IJburg, Amsterdam


Het nieuwe duinlandschap waaiert om de sportfaciliteiten heen en maakt het park op Rieteiland IJburg een geheel. De variatie in bomen, struiken en kruiden zorgt, met de hoogteverschillen, voor zowel uitzicht als beslotenheid.
Het nieuwe duinachtige park ligt op het puntje van Rieteiland op IJburg. Het park herbergt de bestaande tennisvereniging, een nieuwe tennishal en het clubhuis van de kanovereniging IJburg. Rieteiland is het meest zuidelijke en kleinste eiland van IJburg, vlakbij de Diemerzeedijk, een eiland met een natuurlijke uitstraling en een lage woningdichtheid met vrijstaande woningen. De opgave was een park te maken die ruimte bood aan de verschillende sportfuncties met bijbehorend programma. Buro Lubbers heeft het stedenbouwkundig plan gemaakt voor Rieteiland, de landschappelijke onderlegger is geënt op de aanwezigheid van schrale, opgespoten, zandgrond. Het ontwerp voor het park voegt in het beeld van dit plan.

Het landschap van de binnenduinen vormt de inspiratie voor het parkontwerp. Een sterk landschappelijk en natuurlijk beeld met heuvels, grassen, specifieke struiken, rozen en meerstammige naaldbomen en eikenbomen. Het park bestaat uit een glooiend landschap van heuvels, waar de nieuwe gebouwen in liggen. Juist deze hoogteverschillen zorgen voor luwe, warme plekken, uit de wind en plekken waar je juist van het weidse vergezichten over het water en de Diemerzeedijk kunt genieten.





De wanden van de nieuwe tennishal worden zo gemaakt dat de heuvels zich ertegen kunnen vleien, de hal wordt ingepakt door het park. Andere wanden zijn juist ingezet als sportelement, zoals een klimmuur en een tennismuur of voorzien van een enorme lange bank om op te zitten. De kanovereniging krijgt een openbaar toegankelijke steiger die als een scheepshelling over de oeverrand wordt gevouwen. Het clubhuis en de opslag zijn bewust gescheiden om de volumes zo klein mogelijk te houden.


Het gehele terrein wordt ingezaaid met verschillende gras-mengsels. Delen daarvan worden met hogere bloemrijke grassoorten ingezaaid, andere delen met juist lagere soorten en kunnen door betreding en maaibeheer in toom worden gehouden. Door te variëren met de samenstelling van de toplaag en de grasmengsels ontstaat er als vanzelf een natuurlijk patroon. Het beheer richt zich op het één tot twee maal maaien en in de eerste periode uitsteken van ongewenste (boom)soorten. Voor de beplanting zijn soorten gekozen die passen bij het zanderige milieu en een ecologische meerwaarde leveren in de vorm van bessen, bloemen en stekels.
Marlies van Diest Ontwerp i.s.m. MINTSKE landschapsontwerp
in opdracht van: Gemeente Amsterdam Ruimte & Duurzaamheid
steiger: Wim Wijsman
ontwerp: 2017